De relatie tussen voeding en het ontstaan van kanker is al jaren een hot topic in onze wereld. Niet zo gek ook, want het is reuze interessant en tegelijkertijd super ingewikkeld. Kun je met zoiets simpels als ‘Wat stop ik in mijn mond?’ invloed hebben op het wel of niet krijgen van een levensbedreigende ziekte als kanker? En zo ja, hoe dan? Zo fladdert het onderwerp ook opvallend vaak voorbij tijdens gesprekken op oer-Hollandse kringverjaardagen, waarbij de fabeltjes je soms om de oren vliegen. Na wat sensatie wordt zo’n gesprek vaak afgesloten met: ‘Tegenwoordig krijg je overal kanker van, je kunt eigenlijk niets meer eten’.

Laten we beginnen bij het begin voordat we overgaan op een duidelijk overzicht van wat er als het om voeding gaat nu echt toe doet als het gaat om het verkleinen van het risico van kanker.

Kanker is een ongecontroleerde deling van lichaamscellen dat kan worden veroorzaakt door verschillende ‘foutjes’ in de levenscyclus van zo’n lichaamscel. 1/3e van de mensen uit hoge inkomenslanden krijgt in zijn of haar leven kanker, waarbij long-, prostaat- en dikkedarmkanker het meest voorkomt onder mannen en vrouwen het vaakst worden getroffen door borst-, dikkedarm- en longkanker1. Het aantal gevallen van nieuwe kankerpatiënten gaat omhoog, mede doordat de wereldbevolking toeneemt én mensen steeds ouder worden2. Wel overleven mensen de ziekte steeds vaker doordat de medische behandeling verder verbeterd. Aan slechts 5 – 10% van de kankergevallen ligt een erfelijke afwijking ten grondslag3.

Belangrijk is om te weten dat het krijgen van kanker altijd een combinatie kan zijn van meerdere factoren als:

  • Erfelijke gevoeligheid (denk aan Angelina Jolie die een aantal jaren geleden haar borsten preventief liet verwijderen omdat ze beschikt over het borstkankergen)
  • Infectieziekten (denk aan de inenting bij tienermeisjes tegen het HPV-virus dat baarmoederhalskanker zou kunnen veroorzaken)
  • Omgevingsfactoren (denk aan zonverbranding dat het risico op huidkanker vergroot of bepaalde chemicaliën en straling uit de industrie)
  • Leefstijlfactoren (denk aan roken, lichaamsbeweging en voeding)

Onderzoek

Naast bovenstaande factoren, bestaat er ook altijd nog een stukje ‘bad luck’. Dit betekent dat niet alle kankergevallen te voorkomen zijn, maar het risico van een aantal veelvoorkomende kankersoorten wel te verkleinen is. Naar schatting kan zo’n 30 tot 50% van de gevallen van kanker voorkomen worden als de wereldpopulatie een gezondere leefstijl zou hebben4.

Onderzoek naar voeding in relatie tot het ontstaan van kanker is ingewikkeld. Dit komt enerzijds omdat mensen niet allemaal hetzelfde voedingspatroon hebben en anderzijds doordat er veel verschillende soorten kanker te onderscheiden zijn. Het zou natuurlijk onethisch zijn om een groep proefpersonen voor jaren een mogelijk kankerverwekkend voedingsmiddel te laten consumeren, om vervolgens na jaren het aantal mensen die daadwerkelijk kanker hebben gekregen te tellen. Daarnaast is het ingewikkeld om bij iemand die gediagnosticeerd is met kanker te onderzoeken of het voedingspatroon invloed zou kunnen hebben gehad op het ontstaan van de ziekte, omdat voeding onderdeel is van de leefstijl dat ook wordt bepaald door bijvoorbeeld lichaamsbeweging en roken.

Het Wereld Kanker Onderzoek Fonds (WKOF) heeft in 2018 na tien jaar onderzoek nieuwe richtlijnen voor kankerpreventie gepubliceerd5. Hierin staan aanbevelingen op het gebied van voeding en leefstijl om het risico op het krijgen van kanker te verkleinen. Hieronder de aanbevelingen die een link hebben met voeding:

1. Blijf op een gezond gewicht

Er zijn verschillende mogelijke verklaringen te benoemen hoe overgewicht het risico op wel 12 soorten kanker kan vergroten6. Vetcellen (met name rond de taille) sporen het lichaam aan tot het aanmaken van hormonen. Het hormoon oestrogeen kan het risico op met name borstkanker verhogen7, 8. Daarnaast kan te veel lichaamsvet het lichaam ongevoeliger maken voor insuline, waardoor de bloedsuiker in het bloed wordt verhoogd. Het is waarschijnlijk dat dit het risico op kanker vergroot6. Ten slotte kunnen vetcellen een chronische ontsteking van het lichaam tot gevolg hebben, die vervolgens het ontstaan van kanker bevorderen6.

Om te kijken of je een gezond gewicht in verhouding tot je lengte hebt, kan je je BMI (Body Mass Index) berekenen met calculators op het internet.

Adviezen als: voldoende beweging, Het eten van weinig fastfood en voorbewerkt voedsel en het minderen met dranken met toegevoegde suikers zijn adviezen die bijdragen aan een gezond gewicht.

2. Eet veel volkorenproducten, groente, fruit en peulvruchten

Ze zitten boordevol vezels! Dat is het ding dat deze voedingsmiddelen gemeen hebben. Hoe zit dat nou precies? Voedingsvezels zorgen ervoor dat onze spijsvertering optimaal werkt, waardoor voeding sneller zijn weg door het spijsverteringskanaal vindt. Hierdoor zullen onze darmen ook minder lang blootgesteld worden aan eventuele schadelijke stoffen uit onze voeding9,10.

Een andere waardevolle eigenschap van voedingsvezels is dat het ons langer een verzadigd gevoel geeft, waardoor je toch minder snel opnieuw met een knorrende maag naar de koelkast loopt. Uiteindelijk draagt dit weer bij aan (het behouden van) een gezond gewicht11.

Dus mocht je volgende keer voor het broodschap in de supermarkt staan, kies dan voortaan liever voor volkorenbrood in plaats van de minder vezelrijke soorten. Andere voorbeelden van vezelrijke keuzes zijn: zilvervliesrijst, volkorenpasta en havermout. Denk ook eens aan het wekelijks eten van peulvruchten: Naast het feit dat het een bron van vezels is, bevat het veel eiwitten en is het een goede vleesvervanging. En dan hebben we natuurlijk nog het good old advies: eet 250 gram gram groenten en 2 stuks fruit per dag.

3. Beperk het eten van rood en bewerkt vlees

Te grote hoeveelheden rood vlees kunnen de kans op dikkedarmkanker verhogen5. Maar wat is rood vlees nu precies? Rood vlees is vlees van zoogdieren dat een rode kleur heeft als je het rauw koopt. Denk hierbij aan: runderen, varkens, geiten, lammeren of paarden. Let op: Het gaat hierbij dus niet om het bestellen van een goed doorbakken biefstuk in plaats van de medium-rare variant ervan in een restaurant. Een hoeveelheid van maximaal drie porties per week is als veilig bestempeld. Belangrijk om niet te vergeten is dat vlees ook zeker gezonde stoffen bevat, zoals eiwitten, ijzer en zink. Hierdoor past rood vlees in kleine hoeveelheden in een gezond voedingspatroon.

Het is een ander verhaal als we het hebben over bewerkt vlees: Hiervan is geen veilige hoeveelheid bekend. Het advies is dan ook om het zoveel mogelijk te laten staan. Maar wat zou ik dan moeten laten staan? Ham, bacon, salami, rookworst en knakworst zijn voorbeelden van vlees dat bewerkt is door het te zouten, roken, drogen, fermenten of door er conserveringsmiddelen aan toe te voegen. Het doel hiervan is om de smaak en de houdbaarheid van het vlees te verbeteren.

Wat zorgt nu voor die verhoging van het risico op dikkedarmkanker? Heemijzer uit rood vlees wordt slecht opgenomen in de dunne darm, waardoor er grote hoeveelheden terecht komen in de dikke darm. Er zijn aanwijzingen dat het hier cellen kan irriteren en mogelijk schade kan toebrengen aan de darmwand12. Ook niet onbelangrijk en inmiddels geen verassing meer: Tijdens bepaalde bereidingswijzen met hoge temperaturen, kunnen stoffen vrijkomen die mogelijk kankerverwekkend zijn voor de mens13 (‘’Dat verbrande stuk moet je niet opeten, joh’’). Last but not least: Tijdens de productie van bewerkt vlees kunnen er mogelijk kankerverwekkende stoffen ontstaan14.

4. Drink zo min mogelijk alcohol

Een biertje op het terras of een wijntje tijdens het eten: Voor veel mensen is het drinken van alcohol niet weg te denken uit het dagelijks leven. Helaas doet deze maatschappelijk geaccepteerde gewoonte op de lange termijn weinig goeds voor onze gezondheid. Voor alcohol is er een sterk bewijs gevonden dat het het risico op kanker vergroot5. Het maakt hierbij niet uit of er wordt gekozen voor bier, wijn of sterke drank, aangezien het om de stof alcohol (ethanol) zelf gaat. En als het goed is: Hoe sterker de drank, hoe kleiner het glas. Hierdoor zit er per glas alcoholische drank ongeveer zo’n 10 gram ethanol in.
Helaas, dit geldt ook voor dat ene glas rode wijn per dag dat eerder in verband werd gebracht met een beschermend effect tegen hart- en vaatziekten. Rode wijn bevat meer flavonoïden dan witte wijn, maar dit gaat het negatieve effect van ethanol itself niet tegen.

Laten we er wat dieper op in duiken, want hoe kan deze stof nu zorgen voor een verhoging van het risico op kanker? Bij het afbraakproces van alcohol in het lichaam, wordt ethanol omgezet in ethanal, een mogelijk kankerverwekkende stof15. Daarnaast zorgt alcohol voor een verhoging van het hormoon oestrogeen in het lichaam, dat weer in verband wordt gebracht met een verhoogd risico op borstkanker7. Uit onderzoek blijkt dat één glas alcohol per dag, de kans op borstkanker al kan verhogen.
Het algemene advies is om zo min mogelijk alcohol te drinken. Mocht je wel willen drinken, probeer het dan bij één glas alcohol per dag te houden. Hmm, misschien aankomend jaar toch maar eens een poging doen om mee te doen aan ‘dry January’?

5. Gebruik geen voedingssupplementen voor de preventie van kanker

Soms lijkt het wel een nieuwe hype te zijn: Voedingssupplementen in absurd hoge doseringen slikken. Vaak wordt gedacht: ‘Baat het niet, dan schaadt het niet’. Echter gaat deze vlieger niet altijd op. Er zijn voedingsmiddelen op de markt waarbij je veel meer dan de aanbevolen dagelijks hoeveelheid (ADH) van bepaalde stoffen binnenkrijgt. Dit soort supplementen kunnen indirect mogelijk een invloed hebben op het ontstaan van kanker. Er wordt momenteel nog veel onderzoek naar gedaan, maar tot op heden zijn er nog tegenstrijdige resultaten die soms laten zien dat supplementen in hoge doseringen het risico op kanker bij bepaalde doelgroepen kan verhogen5. Over het algemeen geldt dat voedingssupplementen niet nodig zijn bij een gezond, gevarieerd voedingspatroon.

6. Voor mama’s: Geef je kind borstvoeding indien mogelijk

Het geven van borstvoeding is een gezonde keuze voor zowel de moeder én kind. Het geven van borstvoeding heeft invloed op de geslachtshormonen van de moeder die weer een relatie kunnen hebben met het ontwikkelen van borstkanker16. Daarnaast voert het lichaam na het voeden telkens lichaamscellen af waarvan het DNA mogelijk beschadigd is, dat ook zorgt voor een verlaging van het risico op borstkanker17.

Van kinderen die borstvoeding hebben gehad is bekend dat zij vaker een gezond gewicht hebben5. Er wordt gedacht dat dit komt door een goede ontwikkeling van de stofwisseling en een natuurlijk honger-verzadiging gevoel. Het is dus goed om je kindje, indien mogelijk, borstvoeding te geven en te proberen om dit een langere tijd vol te houden (in ieder geval 6 maanden).

En nu?

Duidelijk is dat we nog lang niet zijn uitgepraat over dit onderwerp. En dan hebben we het nog geen eens gehad over de verschillende geluiden wat betreft voedingsmiddelen als: koffie, soja, gezouten producten, zuivel, biologische groenten en fruit en E-nummers. Een take-home message voor nu is: Bovenstaande adviezen zijn niet bedoeld voor bangmakerij, maar wel om een stukje bewustwording te creëren. Doordat het ontstaan van kanker niet alleen afhankelijk is van leefstijl, betekent het naleven van deze adviezen uiteraard geen garantie voor het niet krijgen van kanker.

WKOF_Stoplichtmodel-764x434

 

Bronnen

1 Integraal kankercentrum Nederland. NKR Cijfers. Benaderd op 19 december 2020;

2 Ervik M, Lam F, Ferley J, et al. Cancer Today. 2016. International Agency for Research on Cancer. Benaderd op 19 december 2020;

3 American Cancer Society. Family Cancer Syndromes. Benaderd op 19 december 2020;

4 World Health Organization (WHO). Cancer Prevention. Benaderd op 19 december 2020; beschikbaar van http://who.int/cancer/prevention/en/

5 World Cancer Research Fund International. (2018). Diet, nutrition, physical activity and cancer: a global perspective: a summary of the Third Expert Report. World Cancer Research Fund International.

6 World Cancer Research Fund International. (2018). Diet, nutrition, physical activity and cancer: a global perspective: Body fatness and weight gain and the risk of cancer. World Cancer Research Fund International.

7 Hormones, E., Key, T. J., Appleby, P. N., Reeves, G. K., Roddam, A. W., Helzlsouer, K. J., … & Overvad, K. (2011). Circulating sex hormones and breast cancer risk factors in postmenopausal women: reanalysis of 13 studies. British journal of cancer105(5), 709.

8 Travis, R. C., & Key, T. J. (2003). Oestrogen exposure and breast cancer risk. Breast Cancer Research5(5), 239.

9 Slavin, J. L. (2000). Mechanisms for the impact of whole grain foods on cancer risk. Journal of the American College of Nutrition19(sup3), 300S-307S.

10 Bingham, S. A. (1990). Mechanisms and experimental and epidemiological evidence relating dietary fibre (non-starch polysaccharides) and starch to protection against large bowel cancer. Proceedings of the Nutrition Society49(2), 153-171.

11 Karl, J. P., & Saltzman, E. (2012). The role of whole grains in body weight regulation. Advances in Nutrition3(5), 697-707.

12 Gilsing, A. M., Fransen, F., de Kok, T. M., Goldbohm, A. R., Schouten, L. J., de Bruïne, A. P., … & Weijenberg, M. P. (2013). Dietary heme iron and the risk of colorectal cancer with specific mutations in KRAS and APC. Carcinogenesis34(12), 2757-2766.

13 Cross, A. J., & Sinha, R. (2004). Meat‐related mutagens/carcinogens in the etiology of colorectal cancer. Environmental and molecular mutagenesis44(1), 44-55.

14 Santarelli, R. L., Pierre, F., & Corpet, D. E. (2008). Processed meat and colorectal cancer: a review of epidemiologic and experimental evidence. Nutrition and cancer60(2), 131-144.

15 Seitz, H. K., & Stickel, F. (2007). Molecular mechanisms of alcohol-mediated carcinogenesis. Nature Reviews Cancer7(8), 599-612.

16 Endogenous Hormones and Breast Cancer Collaborative Group. (2002). Endogenous sex hormones and breast cancer in postmenopausal women: reanalysis of nine prospective studies. Journal of the National Cancer Institute94(8), 606-616.

17 World Cancer Research Fund International. (2018). Diet, nutrition, physical activity and cancer: a global perspective: Lactation and the risk of cancer. World Cancer Research Fund International.